De geit is een nieuwsgierig dier en houdt van klimmen en klauteren. Een geit leeft graag met meerdere geiten samen. Ze kunnen wel 15 jaar oud worden. Een vrouwtjesgeit noem je een geit of een sik, een mannetjesgeit een bok en een jonge geit noem je een lam. De draagtijd van geiten is ongeveer 5 maanden. Lammetjes drinken bij hun moeder melk om te groeien. De meeste geiten krijgen 1 keer per jaar lammetjes, vaak 2 lammetjes per dracht (zwangerschap). Maar het kan zelfs voorkomen dat er 4-5 lammetjes geboren worden. Als de lammetjes geboren zijn kunnen ze na 15 minuten al staan en bij hun moeder drinken. Geiten zijn heel kieskeurig als het om eten gaat. Ze eten van alles maar het moet wel vers en smakelijk zijn. Geiten eten bijvoorbeeld: gras, hooi, brokjes en maïs. En natuurlijk willen ze graag veel vers en schoon drinkwater.
Het schaap komt wereldwijd voor, in elk klimaat. Er zijn ongeveer 450 schapenrassen. Schapen zijn 
typische kuddedieren. Het spreekwoord “Als er een schaap over de dam is, volgen er meer” zegt genoeg. Je kunt schapen houden voor de wol, voor het vlees of voor de melk. De melk van schapen blijkt meer voedingsstoffen te bevatten dan geitenmelk of koeienmelk. Een schaap kan een leeftijd van 15 tot 20 jaar bereiken. De dieren zijn makkelijk te houden, hoewel het ene ras meer problemen heeft met de gezondheid en voortplanting dan het andere. Op het gebied van voeding en huisvesting stellen schapen weinig eisen. De verzorging vergt wat meer tijd.